Bijdrage fractie gob in de ronde van De Domijnen door burgerlid Fred Vroomen.
Bijdrage gob Ronde 7 januari
Voorzitter,
Vandaag zijn we bij elkaar in deze ronde om de gevoelens te peilen mbt de uitkomsten van het evaluatie rapport BMC De Domijnen.Een dossier met een lange voorgeschiedenis, waarin pogingen om cultuur in onze gemeente gestalte te geven onder het dak van een cultuurbedrijf.
Meer en betere cultuur in onze gemeente tegen aanvaardbare kosten, lees subsidie; met professionals aan het stuur die het beter zouden gaan doen dan de gemeente zelf kon doen. Eén huis waar cultuur centraal zou staan en een organisatie die gebruik van elkaars faciliteiten en passie zou maken. Het geheel zou groter zijn dan de som der delen. Allemaal heel positief. Helaas is dat niet of niet-volledig waargemaakt. Althans dat is onze constatering aan de hand van dit rapport.
Er is wis-en-waarachtig hard gewerkt maar de doelen zijn niet gehaald en de organisatie is kennelijk nog steeds niet op orde.
Het voorgevoel van de raad dat een evaluatie snel nodig was bleek gegrond: het BMC rapport waar we met zijn allen naar uitgekeken hebben is duidelijk: er is nog veel grondwerk te doen om dit cultuurhuis naar een punt te brengen zodat de organisatie staat EN presteert.
Besturingsmodel
Het besturingsmodel, geënt op afstand houden van de professionals om hun zodoende werkruimte te verschaffen om het beter te regelen, heeft ertoe geleid dat het gevoelen is dat de opdrachtgever (de gemeente) en opdrachtnemer (RvT Domijnen) veel te ver uit elkaar gegroeid zijn.
Dit tot een punt waar onafgemaakte voornemens en een ontbrekend aansturingscharters tot irritatie en afkalvende prestaties hebben geleid.
Hier legt het BMC rapport ook een taak bij de gemeente om een strategisch kader als opdrachtgever en primaire subsidient te creëren.
gob omarmd deze opdracht volledig omdat het creëren van een strategisch kader het uitgangspunt vormt voor alle navolgende acties in de gehele keten. Naar onze mening betekent dat de gemeente dit kader moet schetsen, vaststellen en uitdragen naar de Domijnen.
De cultuurkadernota is dateert uit 2009. Belangrijk is dat het cultuurbeleid nadrukkelijk verankerd wordt in de toekomstvisie en daarin een plaats krijgt als één van de krijtlijnen.
Het cultuurbeleid van de gemeente zou in elk geval ook rekening houden met de aantrekkelijkheid voor kenniswerkers, maar ook voor andere mensen. Immers de komende jaren zullen we mensen moeten aantrekken om aan de vraag voor werkers te kunnen voldoen. Een aantrekkelijk cultureel klimaat hoort daar bij. De toekomstvisie zal daar inhoud aan dienen te geven.
Deelt de wethouder ons mening hier?
Het BMC rapport, maar ook de ingezonden brieven van gisteren geven aan dat het op een groot aantal punten schort aan geleverde kwaliteit en kwantiteit. Los van het gegeven dat iedere briefschrijver zijn eigen kleur en draai aan de door hem beleefde waarheid geeft, ontstaat de indruk dat e.e.a. ligt in lijn de bevindingen in BMC rapport.
Als we dit in het licht van strategisch opdrachtgeverschap brengen dan zou het oplossen van deze kwalitatieve gebreken moeten starten bij het opstellen van een contractafspraken tussen de gemeente en de Domijnen. Belangrijk is dat contractafspraken SMART worden geformuleerd, waarbij niet alleen de kwantiteit, maar ook de kwaliteit tot uitdrukking komt.
Op die wijze kan er een eerlijk gesprek gevoerd worden over de gewenste prestaties en de kwaliteit die geleverd moet worden.
Zoals ook bij andere dossiers die in deze raad zijn gepasseerd biedt deze aanpak een uitgelezen kans om het opdrachtgeverschap en opdrachtnemerschap zodanig vorm te geven dat het zakelijk blijft, waar wel de gewenste verbetering van binding van beide partijen op het thema cultuur oplevert. Als primaire grote subsidie verstrekker mogen we eisen stellen en dit vastleggen in contractafspraken.
Kan de wethouder aangeven of hij de mening van gob deelt dat het opstellen van contractafspraken met daarin kritische prestatie én kwaliteit indicatoren in combinatie met een kwartaal monitoringsgesprek invulling geeft aan het gewenste strategisch opdrachtgeverschap van onze gemeente ?
Het BMC rapport rept van organisatorische gebreken in de organisatie van de Domijnen en schetst een oplossingsrichting in het opsplitsen in verantwoordelijkheidsgebieden en een centrale faciliterende organisatie daaronder.
Het is de taak van de RvT om de directeur hieromtrent aanwijzingen te geven en als die daaraan geen passende invulling kan geven, nadere maatregelen te treffen
Kan de wethouder aangeven of hij de mening van gob deelt dat de wijze van besturen door het management dient te worden opgepakt en dat de RvT hier een sturende rol in heeft?
BMC betoogt dat een cultuurhuis voor allen in stand houden, meer is dan alleen Technisch Directie geven aan een organisatie binnen de financiële kaders en doelstellingen. Er zal een gevoel en passie voor cultuur in al zijn verschijningsvormen moeten zijn.
We betwijfelen als gob of de door BMC gekozen oplossing om een tweede directeur aan te stellen die het cultuurprogramma moet drijven in deze de echte oplossing zal zijn en tot onnodig kosten verhogend werkt wat wellicht dan weer ten laste komt van de kwaliteit van de te leveren producten.
De Domijnen zal binnen de vastgestelde financiële subsidiekaders moeten opereren en als dat niet kan zijn er in het Zuid Limburgse voldoende mogelijkheden om de culture producten te sharen en doelmatiger in te richten. In die zin bevelen we geïntensiveerde samenwerking en optimalisatie van cultuurproducten met partners in de regio van harte aan.
Kan de wethouder herbevestigen dat de financiële subsidiekaders voor de Domijnen een vast gegeven zijn en dat Domijnen binnen die ruimte moet opereren; dat Domijnen haar culturele directievoering daarop moet afstemmen ?
Blijkens het BMC Rapport schort het aan effectieve marketing en is er een gebrek aan herkenbaarheid van de onderscheiden onderdelen Domijnen.
Het gevoel dat museum, schouwburg, filmhuis, poppodium ‘van ons’ is dient weer terug te keren.
Te overwegen valt om aan effectieve marketing doen en om meer marktonderzoek en postcode te onderzoeken.
Zodat het aanbod van schouwburg, filmhuis en poppodium zo nauw mogelijk aansluit bij de behoefte van de inwoners van onze gemeente ! Dit ter bevordering van de bezoekersaantallen
Helaas lezen we ook dat de Domijnen op afstand is komen te staan van de vrijwilligers van weleer. gob is van mening dat een cultuurhuis moet drijven op haar vrijwilligers en vrienden van de diverse onderdelen. Belangrijk is dat deze signalen snel door de directie worden opgepakt.
Ondersteunt de wethouder de gob visie dat intensivering van marketing/marktondrzoek in combinatie met hernieuwde binding met vrijwilligers erg belangrijk is?
Tot slot zijn we als gob tamelijk verrast geraakt door de vele brieven die we via de dagberichten en op andere wijze mochten ontvangen. Brieven die gewag maken van vermeende gebreken in website, opslag methoden en bejegening van samenwerkingspartners.
Belangrijk is om hier spoedig actie in te ondernemen.
Om de insteek van het gob-gevoelens nog even samen te vatten:
-De lijn vasthouden van een zelfstandig cultuurbedrijf, dat moet aangeven wat nodig is om toekomstbestendig te zijn.
-Dit in principe met de bestaande subsidiemiddelen of nieuw voor oud.
-Het cultuurbeleid dient een nadrukkelijke plaats te krijgen als één van de krijtlijnen in de toekomstvisie.
-Een goede invulling geven aan de opdrachtgevers en opdrachtnemers relatie.
-De opdrachtgevers en opdrachtnemers relatie vast leggen in smart beschreven contractafspraken.
-Nadrukkelijk met De Domijnen de afspraak te maken dat hetgeen in de ingekomen brieven van onder andere de samenwerkingspartners staat, overleg op te starten en van daaruit acties te ondernemen met daadkracht
Tot dusver.