Antwoord art. 43 vragen (D66, GOB, CDA, GL-PvdA) inzake sluiting Fibrant 21 november 2025.

Sittard-Geleen 18 november 2025

VERZONDEN 21 NOV 2025

Geachte heren Pi Van de Venne, Boonen, Brouwers en Kubben,

Op 22 oktober 2025 ontvingen wij uw brief met vragen ex artikel 43 RVO met als onderwerp sluiting Fibrant. Hieronder treft u de antwoorden op uw vragen aan.

Vraag 1 Hoe beoordeelt het college van B en W deze ontwikkeling in relatie tot de provinciale verduurzamingsdoelen en het Limburgs Bod voor een Duurzaam Chemelot en welke directe en indirecte gevolgen ziet het college voor de werkgelegenheid op Chemelot en in de keten van toeleveranciers (waaronder OCI en onderhoudsbedrijven)?

Wij hebben kennis genomen van het voornemen tot herstructurering van Fibrant. Wij delen de zorgen over het effect dat dit bericht heeft op de betrokken werknemers en hun gezinnen. Ook delen we de zorgen over de concurrentiepositie van de chemische industrie Chemelot. Niet voor niets hebben wij de aanbieding van de propositie ‘Limburgs bod voor een duurzaam Chemelot’ ondersteund.

Zoals ook in het persbericht van Fibrant is aangegeven betreft het een voorgenomen besluit. Fibrant blijft zoeken naar oplossingen die de impact voor de regio beperken en kansen bieden voor toekomstige samenwerking. Hierover worden door Fibrant gesprekken gevoerd met onder andere de stichting Chemelot, het Rijk en het college van Gedeputeerde Staten. Doel daarbij is om zoveel mogelijk werkgelegenheid en economische activiteiten te behouden.

Het is in deze fase nog te vroeg om conclusies te trekken over de uitkomst hiervan en het uiteindelijke besluit van Fibrant. Daar waar mogelijk en passend ondersteunen we de partijen, gericht op behoud van zoveel mogelijk werkgelegenheid en economische activiteit op het cluster.

Vraag 2. Is er inzicht in de mogelijke impact op het warmtenet en de energieinfrastructuur op Chemelot?

Dat inzicht hebben we op dit moment nog niet.

Vraag 3. Welke maatregelen neemt of bereidt het college van B en W voor al dan niet in overleg met sociale partners, het Werkcentrum Zuid-Limburg, de Provincie Limburg en betrokken gemeenten in Zuid-Limburg om gedupeerde werknemers te ondersteunen en herplaatsing te versnellen? Zijn er extra middelen of programma’s beschikbaar voor bij- of omscholing?

De ondersteuning van (ontslagen) werknemers is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van het bedrijf, door middel van een sociaal plan. Daarnaast zijn de partijen in de arbeidsmarktregio Zuid-Limburg primair verantwoordelijk voor arbeidsbemiddeling. Binnen deze arbeidsmarktregio werken de publieke en sociale arbeidsmarktpartners samen om bij dreigend ontslag medewerkers te
ondersteunen van werk naar werk, waar nodig met een passend ontwikkel- of scholingsaanbod.

Indien er daadwerkelijk sprake is van ontslagen dan wordt binnen het netwerk van bedrijven op of verbonden aan Chemelot een nieuwe werkplek gezocht. Het talent office dat binnen CHILL actief is heeft hierin een sterk verbindende rol. Waar nodig sluiten de arbeidsmarktpartners aan waarbij UWV en de vakbonden als eerste aan zet zijn. Naar verwachting zijn geen extra publieke middelen noodzakelijk.

Chemelot en de arbeidsmarktpartners participeren verder in projecten die mede gefinancierd worden door het Europese Just Transition Fund. Dit fonds wordt in Zuid-Limburg benut om de transitie naar een duurzame industrie mogelijk te maken. Hierin zijn ook middelen voor arbeidsmarktgerelateerde projecten opgenomen.

Vraag 4. Fibrant ontving in maart 2025 nog rijkssubsidie voor het terugdringen van ammoniakuitstoot (€ 54 miljoen, waarvan een deel voor Fibrant). Welke gevolgen heeft de sluiting voor de uitvoering van die subsidieregeling en voor de toezeggingen die in het Limburgs Bod aan het Rijk zijn gedaan?

Gevolgen voor subsidierelaties of gevolgen voor andere toezeggingen is op dit moment nog niet bekend. In algemene zin, zo wordt aangegeven zullen eventuele gevolgen beperkt zijn.

Vraag 5. Heeft het college van B en W reeds contact gehad met de eigenaar van Fibrant (HSCC China) over de reden van de beslissing en de mogelijkheid om een gedeeltelijke voortzetting of doorstart te onderzoeken? Zo nee, is het college bereid dat zo spoedig mogelijk te doen?

Wij hebben contact met de Nederlandse directie van Fibrant.

Vraag 6. In het Limburgs Bod wordt benadrukt dat “terughoudendheid of vertraging op één onderdeel directe gevolgen heeft voor alle andere aspecten.” Hoe kan het college van B en W mede voorkomen dat de sluiting van Fibrant een kettingreactie teweegbrengt binnen het Chemelot-cluster en de provinciale verduurzamingsstrategie?

We zijn hierin vooral afhankelijk van andere partijen. Het college blijft zich inzetten om randvoorwaarden te creëren voor een Chemelot met toekomstperspectief. Dit doen we samen met de Provincie, stakeholders en bedrijven.

Vraag 7. Kan het college van B en W een overzicht geven van de fabrieken of productieeenheden op Chemelot die in de afgelopen twee jaar zijn gesloten, en van bedrijven waarvan bij het college bekend is dat zij momenteel in zwaar weer verkeren of concrete plannen hebben om activiteiten te beëindigen of te verplaatsen?

Over het algemeen geldt dat de chemische sector het op dit moment moeilijk heeft in Nederland. Dit komt onder andere door toegenomen concurrentie uit het buitenland, overproductie, stijgende energieprijzen, (inter-)nationale eisen die gesteld worden op het gebied van duurzaamheid en daaruit volgende regelgeving en heffingen. Buiten het voorgenomen besluit van Fibrant heeft Vynova aangegeven in december 2025 haar productie te zullen stoppen, in verband met overcapaciteit van PVC in de markt. Sinds mei 2024 is de naftakraker Olefins 3 van SABIC uit bedrijf genomen. Tot slot is Koos van Haasteren te gast in de Thema bijeenkomst met de gemeenteraad op donderdag 20 november. In deze bijeenkomst deelt hij de laatste updates inzake Chemelot,

Vraag 8. Heeft de sluiting van Fibrant gevolgen voor het FUREC-project van RWE en de samenhang tussen de deelnemende bedrijven binnen dat project? Zo ja, welke risico’s ziet het college voor de haalbaarheid, planning of infrastructuur van FUREC, en welke stappen worden ondernomen om die risico’s te beperken?

Gezien de onduidelijkheden kan op deze vraag nog niet inhoudelijk gereageerd worden.

Vraag 9. Welke impact verwacht het college van B en W op de activiteiten en de innovatieve ecosystemen op de Brightlands Chemelot Campus, waar bedrijven en kennisinstellingen nauw samenwerken met het Chemelot-cluster? Wordt hier reeds een effectanalyse gemaakt en zo ja, kan die met de gemeenteraad worden gedeeld?

Op dit moment heeft de aangekondigde herstructurering van Fibrant geen directe impact op de activiteiten en de innovatieve ecosystemen op de Brightlands Chemelot Campus. De R&D-afdeling van Fibrant blijft vooralsnog hier gevestigd, waardoor lopende innovatieactiviteiten en samenwerkingen kunnen doorgaan.

Vraag 10. Hoe is de actuele voortgang van de Delta Rhine Corridor? Welke stappen zijn sinds de vaststelling van het Limburgs Bod voor een Duurzaam Chemelot gezet, en hoe beoordeelt het college van B en W de kans dat de realisatie vóór 2030 lukt? Welke rol pakt het college zelf richting het Rijk en de betrokken bedrijven?

Zoals opgenomen in de Kamerbrief van 5 december 2024 is de scope van de Delta Rhine Corridor (DRC) veranderd. Het Rijk heeft besloten prioriteit te geven aan de waterstof- en CO2-infrastructuur. De twee separate projectprocedures voor het Waterstofnetwerk Limburg en voor de CO2-leiding worden binnenkort gestart. Ten aanzien van de CO2 leiding dient vermeld te worden dat de doortrekking (van Deurne) naar Chemelot geen onderdeel is van het project CO2 -leiding. Mogelijkheden om dit aanvullend alsnog te realiseren (via een aanvullende projectprocedure) wordt onderzocht. Beide netwerken hebben een geplande afronding tussen 2031 en 2033. De gemeente is betrokken als adviseur binnen de projectprocedure, als bevoegd gezag voor vergunningen en als eigenaar van gronden waar tracévarianten onderzocht worden.

Vraag 11. Hoe staat het met de uitbreiding van het 380 kV-net in Zuid-Limburg en de aansluiting van Chemelot daarop? Zijn er inmiddels besluiten genomen over planning, financiering en capaciteit, en acht het college van B en W deze aansluiting nog tijdig genoeg om de energietransitie en investeringszekerheid op Chemelot te garanderen?

De netverzwaring Maasbracht Graetheide en daarmee de realisatie van het nieuwe hoogspanningsstation Einighausen is gepland tussen 2031 en 2034. We verwachten dat het college van Gedeputeerde Staten binnenkort de Notitie Reikwijdte en Detailniveau zal vaststellen. De (bodemgerelateerde)onderzoeken zijn inmiddels gestart en nu kan door TenneT gestart worden met het opstellen van het MER en ontwerp projectbesluit.

Vraag 12. Op welke wijze heeft het college van B en W sinds het Limburgs Bod concreet gelobbyd bij het Rijk voor steun, versnelling van infrastructuur en maatwerkafspraken? Met welk resultaat? Waar blijven er volgens het college nog acties of projecten achter in de uitvoering of ondersteuning van de provinciale inzet?

De propositie ‘Limburgs bod voor een duurzaam Chemelot’ is recent geactualiseerd (juli 2025) en door de Provincie Limburg, de gemeente Sittard- Geleen, de gemeente Stein, samen met de partijen op en rond Chemelot aangeboden aan (demissionair) minister Hermans van Klimaat en Groene Groei. Daarnaast zijn wij continu in gesprek en in samenwerking met ministeries, de Stichting Chemelot, de bedrijven en netbeheerders om resultaten te boeken. Ten slotte heeft op donderdag 16 oktober 2025 in Den Haag de lunchbijeenkomst ‘Chemelot als hub van de circulaire industrie’ plaatsgevonden. Hier heeft de gemeente Sittard-Geleen, samen met provincie, rijk, gemeente Stein en Chemelotpartijen aan deelgenomen. Daarnaast hebben we deze week samen met onze partners uit overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen een brief gestuurd aan de informateurs en onderhandelende partijen in Den Haag. Deze brief is medeondertekend door burgemeester Hans Verheijen.

Vraag 13. In het licht van de aanstaande verkiezingen en het (in)formatieproces: welke inzet pleegt het college van B en W richting politieke partijen op landelijk niveau om de toekomst van Chemelot, de Westelijke Mijnstreek en Project Mozart hoog op de onderhandelingsagenda te plaatsen?

Zie antwoord op vraag 12.

Vraag 14. Welke inzet pleegt het college B en W richting de Europese Commissie, het Europees Parlement, InvestNL en/of andere Europese programma’s om financiering of ondersteuning voor de transitie van Chemelot te zoeken, naast de lobby richting het Rijk?

Wij ondersteunen subsidieaanvragen bij Europese programma’s en lobby’s.

Vraag 15. Wordt in het licht van deze ontwikkelingen samen met de Provincie Limburg, de Brightlands-organisatie en/of andere partner gemeenten gewerkt aan een geactualiseerde regiopropositie (“Project Mozart”) richting het nieuwe kabinet, en zo nee, is het college van B en W bereid daartoe het initiatief te nemen?

Zie antwoord op vraag 12.

Vraag 16. Hoe beoordeelt het college van B en W de ontwikkeling van het vestigingsklimaat in Sittard-Geleen de afgelopen periode? Welke signalen ontvangt het college van bedrijven met betrekking tot energievoorziening, regelgeving, stikstof en vergunningen?

Het investeringsklimaat voor industriële bedrijven staat in heel Nederland onder druk, niet alleen in Limburg. Wij ondersteunen provinciale lobbyproposities en vragen continu aandacht hiervoor bij het Rijk.

Vraag 17. In welke mate spelen netcongestie en de stikstofproblematiek momenteel een beperkende rol voor investeringen en uitbreidingen van bestaande bedrijven in Sittard-Geleen, en wat doet het college van B en W om die belemmeringen te verminderen?

Netcongestie speelt een grote rol voor investeringen en uitbreidingen van bestaande bedrijven. Het beschikken over voldoende stroom is een randvoorwaarde voor het kunnen realiseren van initiatieven. De gemeente werkt op vele vlakken mee aan het wegnemen van belemmeringen en het ondersteunen van netverzwaringsinitiatieven.

Vraag 18. Is het college van B en W van mening dat Sittard-Geleen op dit moment een voldoende stabiel en aantrekkelijk toekomstperspectief biedt om bedrijven te behouden en voor bedrijven die zich hier willen vestigen of uitbreiden?

Het investeringsklimaat voor industriële bedrijven staat onder druk in heel Nederland. Recentelijk heeft Bureau Malieveld, in opdracht van de Provincie Limburg, een stakeholderonderzoek uitgevoerd onder bedrijven op de Chemelot- site, overheid, overige industriële bedrijven en brancheverenigingen. Hierin is in kaart gebracht hoe partijen aankijken tegen de toekomst van Chemelot en de daarbij behorende kansen en uitdagingen. Het vestigingsklimaat van Chemelot wordt over het algemeen positiever beoordeeld dan het vestigingsklimaat van Nederland en van vergelijkbare clusters in andere landen.

(zie hiervoor ook: https://www.limburg.nl/actueel/nieuws/nieuwsberichten/2025/oktober/chemische-
industrie-chemelot-blijven/ )

Met vriendelijke groet,
Burgemeester en wethouders van Sittard-Geleen,

Antwoord art. 43 vragen (D66, GOB, CDA, GL-PvdA) inzake sluiting Fibrant 21 november 2025